maandag 4 januari 2010

Jong zijn

Eeuwen geleden bestonden er ook jonge mensen. Het is een geruststellende gedachte dat die jongeren op dezelfde manier verliefd werden, en ook dezelfde problemen ondervonden in de liefde. Schrijvers maken ook al eeuwenlang over die problemen. Jong zijn is heel erg 'passé'.
Het is ook wel een geruststellende gedachte dat iedere nieuwe generatie jongere dezelfde fouten maakt als de generatie voor hen.


Esmoreit
De Esmoreit (geschreven rond 1400) behoort tot de Abele Spelen. Het is een stuk dat voor een deel in Sicilië speelt en voor een deel in Damascus. De hoofdpersoon Esmoreit (aangeduid met ‘De jongelinc’) werd als enige zoon geboren aan het hof in Sicilië. Daar woont ook slechterik Robberecht die tot de geboorte van Esmoreit aanspraak kon maken op de troon. Hij is dus niet blij met de baby en verkoopt het kind door aan een man uit Damascus (‘Damast’ in de tekst). Aan het hof in Damascus groeit het kind Esmoreit op samen met het meisje Damiët dat voor hem zorgt. De omgang met jonkvrouw Damiët is als tussen broer en zus.
Als adolescent komt Esmoreit er echter achter dat hij een vondeling is. Aan de ene kant is dat een goed bericht, want dan is het niet erg dat Damiët en Esmoreit verliefd op elkaar zijn geworden. Aan de andere kant betekent het slecht nieuws, want een vondeling is van lage komaf en kan natuurlijk niet met een meisje aan het hof trouwen.

Lees dit fragment (regel 484 t/m 549) waarin de liefde wordt uitgesproken en ook de schaduwzijde bekend wordt. De tekst is in het Middelnederlands (de jongste variant van ons huidige Nederlands). Lees gewoon door, ook als je enkele woorden niet begrijpt.

1 Denk je dat verschil in stand nog steeds een struikelblok kan zijn bij een relatie? Meer of minder dan vroeger? Leg uit. Betrek bijvoorbeeld ons eigen koningshuis in je antwoord.

2 Voorspel op basis van de gegevens die je hierboven hebt gelezen en het gelezen fragment hoe het verhaal verder verloopt: wat zullen Damiët en Esmoreit gaan doen?

Historie van mejuffrouw Sara Burgerhart
Sara Burgerhart is een wees. In het boek Historie van mejuffrouw Sara Burgerhart (1782) geschreven door Betje Wolff en Aagje Deken volg je haar leven door middel van de brieven die zij en haar oom en voogd Abraham Blankaart aan elkaar schrijven. In de zevenenzestigste brief waarschuwt oom dat zij niet verliefd moet worden op ‘lichtmissen’. Zo werden in die tijd losbandige types genoemd. Zo'n flierefluiter is de ‘Heer R.’ die het hoofd van Sara op hol brengt, terwijl haar oom liever ziet dat zij met Hendrik Edeling omgaat. Lees de brief. De eerste pagina is moeilijk te begrijpen als je het boek niet kent. Daarna wordt het makkelijker.

3 Afgezien van de taal: vind je dat de opmerkingen van de voogd ouderwets zijn of gewoon verstandig? Licht je antwoord toe.

4 Voorspel eerst hoe een ‘mejuffrouw’ in die tijd zou antwoorden aan haar oom. Lees daarna de antwoordbrief en beoordeel in hoeverre je gelijk hebt.

De dagen van de bluegrassliefde
Bekijk het animatiefilmpje over De dagen van de bluegrassliefde (1999) dat staat op deze site (je moet af en toe op het filmpje klikken om een ander fragment te zien).

5 Waarover gaat het boek denk je als je deze fragmenten ziet? Schrijf minimaal vijf punten op.

6 Zou je op grond van dit filmpje het boek gaan lezen? Leg uit.

In NRC Handelsblad schreef Judith Eiselin een erg negatief stuk over dit boek.

7 Geef het oordeel van Eiselin weer. Noem twee argumenten van haar die tot dat oordeel leiden en geef aan of je dat overtuigende argumenten vindt.

8 Vind je dat volwassen docenten boeken over jongeren moeten recenseren of moet je dat juist aan de doelgroep overlaten? Beargumenteer je mening.

9 Zou je op grond van deze recensie het boek overslaan of zou je juist je eigen mening willen vormen door het te lezen. Leg uit.

10 Dit boek behoort tot de zogenaamde cross-over boeken (tussen jeugdliteratuur en volwassen literatuur). Vind jij die geschikt voor de leeslijst voor het eindexamen? Leg je antwoord uit.
De encyclopedie van de grote woorden
Gelukkig gaat het ook wel eens goed in de liefde. En van liefde komt lust. In de dichtbundel De encyclopedie van grote woorden (2005) schrijft Mark Boog over allerlei grote abstracte begrippen, zoals 'lust'.

11 Geef eerst een eigen definitie van het begrip 'lust'. Lees daarna het gedicht.

12 Schrijf op wat je mooi, interessant, vreemd of onbegrijpelijk vindt.

13 Vind je dat dit gedicht het begrip 'lust' goed weergeeft?

14 Bekijk de videoclip (waarin de dichter zelf ook voorkomt). Wat voegt de clip voor jou toe aan het begrip van de tekst?

15 Denk je dat poëzie door moderne middelen zoals een videoclip (maar er bestaat ook sms-poëzie en Twitter-poëzie) eerder bij jongeren aanslaat of zouden dichters zich daar helemaal niet mee bezig moeten houden?


Lust


Te verslinden. Handenvol, monden.
Te bijten, zuigen, scheuren.
Zich te verzadigen, zich grommend te vergeten,
zich aan de gulzigheid te geven als een sneeuwvlok aan de zon.

Het vlees verlangt het, van de botten gerukt te worden,
de gaten schreeuwen erom: vul!

Alles dient gebruikt, zindert,
ongeduldig wachtend op zijn beurt, zich niet ontziend,
zich dringend op de voorgrond, zich.

Slaap verslaat tevredenheid als eeuwigheid het einde –
we drijven af weer, nacht en ontij tegemoet.


Mark Boog – De encyclopedie van de grote woorden, Cossee, Amsterdam (2005)